Food for thought
Mijn lieve nichtje komt eten en ik spoed me in de lunchpauze naar de Westerstraat voor de blauwe of de gele supermarkt, bizar genoeg de kleuren van de Oekraïense vlag.
Ik ga focaccia maken. Italiaans brood van fijn meel gebakken met zoutvlokken en kruiden.
Als ik alle ingrediënten voor de maaltijd in mijn mandje verzameld heb bedenk ik dat ik meel nodig heb. Een groot leeg gat van drie vakken breed staart mij aan. Ongelovig zoek ik verder. Heb ik niet goed gekeken?
Dan zie ik een verfrommeld handgeschreven bordje liggen: Max 2 pakken per persoon.
Nog dringt de kwestie niet tot me door. Pas als ik hoor dat ook de blauwe supermarkt lege schappen heeft, realiseer ik me, er wordt gehamsterd. Sinds de Oekraïne ontdekt is in haar hoedanigheid als ‘onze ‘graanschuur’, sloeg de angst kennelijk toe.
Er is ook geen slaolie meer verkrijgbaar, krijg ik te horen. En het brood wordt extreem kostbaar.
Ik besluit op de dure afdeling biologisch spelt meel te kiezen, dat is immers nog verkrijgbaar. Daar zitten ook geen gluten in, mooi meegenomen.
We eten een voor onze maatstaven karig maal, t nichtje en ik. De focaccia lijkt meer op een heel erg bruine boterham. maar dan warm. In oorlogstijd zouden onze ouders er blij mee geweest zijn.
Zoals vaker belanden we in ons gesprek bij onze door de oorlog geteisterde en aangeslagen familie. Een NSB voorvader, Jappenkamp trauma’s, werkkamp- en Berlijnse belegerings-gruwelen. En een grote mate van onverdraagzaamheid onderling.
Heel dichtbij is het opnieuw oorlog.
“Het is erger dan het worstcase scenario”, de woorden van Teija Tillikainen, directeur van het Europees centrum voor hybride bedreigingen in Helsinki, vandaag in t NRC.”En het is voor iedereen duidelijk: dit is een grote schending van alle internationale afspraken die er bestaan. Daarom is dit zo’n keerpunt. De schellen vallen ons van de ogen. Europa zal niet meer dezelfde zijn”.
De maaltijd zal vaker karig zijn.
Voor E. Een leven lang in gesprek