9 december 2021
Sinds ergens dit jaar ben ik bestuurslid bij de VPTZ, Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg. Een ingewikkelde naam voor een goed initiatief. Eigenlijk was het niet de bedoeling. Maar mijn Overbuurvrouw heeft overredingskracht, en vooral het gezellig samenzijn en op en neer rijden met haar naar vergaderingen zag ik wel zitten. De begintijd was onwennig. Netjes notuleerde ik alles wat er zoal gezegd werd, heel wat termen moesten worden uitgelegd. Na een gezamenlijke cursusdag veranderde die afstand. Ik voelde steeds meer betrokkenheid bij dit belangrijke werk, met name bij de vrijwilligers. Veel van hen zijn op leeftijd, vaak vrouw, vaak weduwe. Hun levenservaring maakt dat ze dit werk vol overgave en betrokkenheid doen. ’s Nachts waken bij een sterfbed, vrijwel altijd van een onbekende, om zo de mantelzorger te ontlasten en wat slaap te gunnen. Dat alles zonder betaling en ook in deze coronatijden. Ga er maar aan staan.
Een attentie met de feestdagen is meer dan terecht, besloot het bestuur. Er werden kadobonnen gekocht en kerstkransen besteld bij de bloemist. Overbuurvrouw en ik zouden ze rondbrengen. Vroeg in de ochtend vertrokken we op een rijtoer door Noordoost Friesland. De eerste adressen waren vlakbij, maar langzaam raakten we steeds meer verzeild in de buitengebieden. Broeksterwald, Ee, Metslawier, alle dorpen kwamen voorbij. Maar interessanter was het inkijkje in de huizen. Een schattig huisje aan een klinkerpad naar de kerk, beschermd dorpsgezicht. Een villa-achtige woning in een groene buitenwijk. Een idyllisch woonboerderijtje temidden van polders, zover het oog reikt. Een simpele, maar vol overgave ingerichte tussenwoning. Overal werden we hartelijk ontvangen, de koffie klaar.
Aan het einde van de ochtend keken Overbuurvrouw en ik elkaar tevreden aan. De klus geklaard, iedereen blij. We hadden samen gedaan wat we van plan waren: een diepe buiging maken voor alle vrijwilligers van de VPTZ Noordoost Friesland. Chapeau!