Het Noorden
Elders in Nederland valt natte sneeuw, op de televisie zal de premier het land straks toespreken over nieuwe coronamaatregelen.
In ons noordelijke steegje klettert de regen op de vuilniscontainers, de wind loeit om de daken van de gezusterlijk schuilende dijkhuisjes.
In de gezellige eetkamer zit een gezelschap rond de tafel. Met enige fantasie zou je er ‘De aardappeleters’ van Van Gogh in kunnen zien. Wij echter reiken met stukjes brood naar een dampende schaal met vloeibare kaas in broodkorst.
We nemen afscheid na een intens weekend. De lieve vrienden van de Amsterdamse kade rijden zo terug de donkere nacht in, na een nachtje in de B&B van de lieve buren van de dijk.
Een weekend in gesprek. Over deze levensfase, voor de ene wat verder gevorderd dan voor de ander. Hoe die ons beïnvloedt, we andere keuzes maken, ieder op een andere manier. Hoe lastige omstandigheden ons op een ander pad kunnen brengen. We kijken terug op vele jaren, op onze idealen die we niet altijd terug kunnen vinden in de huidige wereld.
Hoe ook op hoge leeftijd er steeds nieuwe uitdagingen liggen, kijk naar de bijna 90jarige Yvonne Keuls, die in het nieuws is met haar nieuwe boek.
Over het landschap om ons heen. De zwaarte van het leven in de klei, en met de zee, die nog maar zo relatief kort opgesloten ligt achter de dijk. Een heftigheid die voelbaar is voor hen die er gevoelig voor zijn.
Het andere Damesmeisje brengt me een artikel over de biografie van het landschap hier, in Waadhoeke, waar de invloed van 30 eeuwen zee nog alom zichtbaar is voor het geoefende oog.
Over het leven in de stad en het bestaan in de tijdloze ruimte van het waddenlandschap. Tegenstellingen en verbindingen.
Op tafel staat ook het dubbelportret van de lieve buren, een leven lang verbonden terwijl het leven ook andere wendingen moest nemen
De volgende morgen, met de hond lopend langs het ebbige wad, zie ik een eenzame grauwe gans. Ze kijkt naar ons. Haar pootjes zakken diep in de vette klei. Kan ze niet vliegen? Verbeeld ik t me of kijkt ze verlangend naar een overtrekkende vogel?
Zo alleen, zo klein in deze eindeloosheid. Ze waggelt door, doelgericht naar t noorden.
