What matters

‘Black lives do matter’, zegt een vrouw met een opgetogen gezicht voor het gerechtsgebouw in Minneapolis. Het is kort nadat er een luid gejuich is opgegaan toen het vonnis bekend werd: schuldig, schuldig, schuldig. ‘I didn’t believe anymore in justice’, zegt een man, ‘but now I start to believe it is possible again, I am so proud’. George Floyd, say his name.

Terwijl ik naar het nieuws kijk dwalen mijn gedachten af naar ontheemde vriendin. Het gaat helemaal mis, daar in Franeker. Er zijn klachten binnengekomen bij de makelaar over het voortdurende geschreeuw. Mogelijk zeggen ze de huur op. Huis en vriendin vervuilen en vervallen langzaam. Woonbegeleiding komt, als dat gewenst is, en niet eerder. Wat er precies aan de hand is, is ook nog steeds niet echt duidelijk. Scans worden gemaakt, hersenvocht afgenomen. En zo zitten we met ons allen al bijna een jaar te wachten. Zolang er geen gevaar is voor zichzelf en haar omgeving, gebeurt er niets. Helemaal niets.

Wij zitten inmiddels op onze handen, misschien de enige manier om de boel in beweging te krijgen. Dat is moeilijk, want je wilt helpen. Maar tegelijkertijd, eerlijk gezegd, ook niet meer, het geschreeuw en de verwijten beu. Ondertussen vraag ik me af: Is de manier waarop onze maatschappij omgaat met verwarde mensen wel de juiste? Wordt hier echt het beste gedaan wat mogelijk is? Doet ontheemde vriendin er echt nog wel toe? Nu hardop tegen haar praten niet meer kan, zeg ik haar naam in stilte.

Geef een reactie