Een donkere ruimte, aan het einde van een stel trapjes naar beneden. In de buik van de aarde, gestut door zand dat ooit door de zee werd achtergelaten. Aangeslibd sediment, restanten van oude levensvormen. De geur van oud water. Aan de poort staat een hond, de nekharen aanvankelijk overeind, de bezoeker testend en nieuwsgierig besnuffelend.
Een houten vloer met kleden in dieprood en terra. Flakkerende kaarsen en achterin de ruimte, in nevelen gehuld, is een vrouw te ontwaren. Deze figuur zwaait met een stokje met een vlammend rode bal op de punt.
Ritmisch zichzelf bekloppend en betekenisloze letterreeksen stamelend is een tweede persoon in de donkere ruimte te ontwaren. Tranen vloeien, kreten van pijn ontsnappen. Er wordt herademt en dan opnieuw de zwaarte van zuchten.
Een apparaat uit een veel later tijdperk registreert alle bewegingen en zet ze om in getallen. Deze verzenden zichzelf, onder strikte beveiliging naar kantoren in buitenwijken waar de financieele en bestuurlijke wereld huist. Elektronische gegevens worden uitgewisseld en data worden eurotekens en keren terug naar de kassa diep onder de aarde.
Ik kijk van buitenaf toe en denk: wat is dit?
Praktijk voor trauma en conflicthantering, KG 37B A’dam
Verkeerd bordje op de deur. ‘Sjamaan’ moet er staan..
Angeline, 2012/13 Binnenste buiten 2
