In snijdende kou lopen de lieve oudste dochter en ik over het strand. Dik ingepakt met shawls en mutsen terwijl het hondje in haar blootje de zee in rent. De ijzige wind blaast ons voort. Onvermijdelijk komt de politiek voorbij. De kilte en harteloosheid van de affaire. Sitalsings woede verwarmt ons. Zij heeft nota bene de moeite genomen een heel boek over R te schrijven. Op de terugweg ontneemt de storm ons het spreken, we ploegen voort in de sneeuwjacht.
Voldaan en warm eindigen we met een beker gluhwein in de hand bij de auto.
Het bezoek aan de lieve Haarlemse vrienden, hun warme gezelschap en heerlijke hapjes maken me rozig van weldaad.
Thuis check ik nog even de mail. Een bericht van onze lieve Californische ‘fiets’dochter smelt onze harten. Vanuit een stralend landschap spreekt zij ons vanaf de fiets toe. In een land met een nog grotere graad van kilte en harteloosheid, waar verzengende hitte de zaak wil overnemen. Zacht en verwarmd door de lieve menselijkheid om ons heen, glijd ik de winternacht in.