Vijfentwintig jaar geleden brengen wij de Kerstvakantie in Zeeuws Vlaanderen door. Onze lieve Utrechtse vrienden zijn er ook. Worstenbroodjes halen bij de bakker in Retranchement. Dat ‘mocht’ toen nog. Een wandelingetje over de wallen. Of langs zee. Kerstboodschappen doen in Cadzand. Onze oudste twee spelen met de dochter van de verhuurders. “Als zuurtjes in een zakje” zou de Zeeuwse grootmoeder zeggen over hun vriendschap, al sinds ze konden lopen. Na Oud & Nieuw ren ik nog even naar hun huis. Negen maanden zwanger. Twee dagen later, terug op de gracht, breekt het water. Verder gebeurt er niets. De verloskundige slaapt in huis, omdat de vorige geboorte zo gepiept was. En nog gebeurt er niets.. Een ambulance komt . De volgende dag keer ik terug naar de Keizersgracht, met de baby in een draagzak.
Vijfentwintig jaar jaar later, op een winterse januari nacht, komt er opnieuw een ambulance naar KG 37. En keren een moeder met kind later naar huis terug. Een nieuwe bewoner van het oude huis aan de gracht.
De geboorte van het nieuwe buurjongetje vult ons met vreugde en melancholie. Ik draai ‘The Jackson song’ van Patti Smith voor hem en wens hem een lang, gelukkig leven.