Gif, Village d’Isle

Uit mijn ooghoek zie ik t naar me zitten kijken. Alsof t zich afvraagt: wat hebben we hier nou? Een piepklein babymuisje zit op een meter afstand van mijn kussentje voor de ochtend oefeningen. Ik neem me op dat moment voor de blog te besteden aan mijn morele dilemma’s ten aanzien van de muizenplaag. Want dat is het. Alle etenswaren zitten nu in containers, schoon zijn de kasten en lades, gaten in de muur met cement dicht geplamuurd. Maar helaas, gisteren zagen we er eentje op zijn gemak tegen de muur klimmen om door een gaatje in de zoldering te ontsnappen. Achter de open haard lijkt het wel een muizensnelweg.

De Geliefde, die zichzelf als boerenzoon bestempeld heeft is voor gif. Ik ben tegen gif en voor vallen waarmee je de muis levend buiten zet. Maar ja, als je pas na weken terugkeert is dat geen optie. We besluiten tot een compromis. Op een enkele, strategische plek, daar waar de hond absoluut niet bij kan, gif en verder alles dichtmaken, grondig.

Inmiddels is de morele kwestie opgelost. Maar wel tegen een prijs.

Later op de dag, ook weer vanuit een ooghoek, zie ik Marie iets onder de kast vandaan halen en opeten. Een veronachtzaamd kauwbotje, denk ik nog. Maar als de kleur roze tot me doordringt, weet ik het. Gif.

Een kwartier later komt de dierenarts vervroegd van zijn Dejeuner terug om Marie een nare injectie te geven. De roze brok komt er even later in zijn geheel uit.

Met een zielig hoopje op de achterbank rijden we naar huis waar de Boerenzoon alle illegaal verstopte roze brokken verwijdert.

Ik dank het babymuisje. Ik stel me voor dat haar grote aaibaarheidsfactor me extra alert heeft gemaakt. En daarmee een hond heeft gered.