GELUK

De dag voor Oud en Nieuw verglijdt als bijna elke dag. Samen opstaan, kop koffie, sneetje geroosterd brood, sinaasappeltje, krantje lezen, wat regelwerk, een wandeling maken. Dit keer door Rypstjerk, een rumoerig dorp in Tytstjerksteradeel. Boren, maaien, ramen lappen, iedereen is druk bezig, corona lijkt ver weg. Het is als de bedrijvigheid in mijn geboortedorp, vlak voordat de processie komt.

De dag voor Oud en Nieuw is erger dan verwacht, zeggen de twee Deskundigen. Ruim 14 dagen na de laatste strenge lockdown zouden de cijfers moeten dalen. Dat is niet zo. De inschatting is dat het ergste nog moet komen. Triage, het doemscenario. En toch worden de mensen niet voorzichtiger, integendeel. In maart vond 12% van de bevolking dat kleinkinderen hun grootouders mochten zien. Nu is dat 76%. Een onbegrijpelijk groot verschil.

Want de geschatte oversterfte in Nederland is dit jaar het grootst sinds de Tweede Wereldoorlog: 13.000 mensen. In de VS stierven vandaag 3.900 mensen, er kwamen 125.000 besmettingen bij en er zijn inmiddels meer dan 330.000 overledenen. Natuurlijk zijn er ook goeie ontwikkelingen in 2020. Veel nieuwe huisdieren, veel nieuwe hobbies, een herwaardering van rust, ruimte en natuur. En een vaccin natuurlijk. Wij kregen inwoning van De Neus, we gingen meer klussen en dat we hier mooi wonen wisten we allang. Maar dat alles weegt niet op tegen de schrikbarende cijfers. Geluk? Geluk is een saai verhaal.