De geliefde viel uit bed. Met matras en al. Daarna tuimelde hij ook nog eens het trapje naar onze badkamer af. Ik kon daarna de slaap niet meer vatten. Ik ga opruimen.
Het is een bijzondere afscheidsavond geweest, daar in die Aagtekerke ‘se boerderij. We hebben ons riskante familie spel gespeeld en zijn gefinisht zonder ruzie. We hebben gedanst op nostalgische muziek en hebben gehuild in elkaars armen. We hebben Oud en Nieuw ‘gedaan’, met ABBA. Alvast. We hebben elkaar belangrijke dingen verteld.
En vanmorgen vroeg zijn er de getuigenissen van vier dagen Bourgondisch leven. Alles opgeruimd en redelijk schoongeboend, gaan we ieder ons eigen weg.
Weemoedig rijden we over grijze wegen. De navigatiestem waarschuwt voor grensovergangen en vraagt ons de COVID-19 reisvoorschriften voor België en Frankrijk na te gaan. Willen we wel naar daarginds? Maar wat dan, zo niet? Er valt slechts te mijmeren.
De kinderen gaan opnieuw en nu voorgoed het huis uit. Of misschien gaan wij het huis uit, dat kan ook. Zoete lieve Gerritje trekt bij haar geliefde in. Het ‘dependance‘ familiehuis wordt opgeheven. Wij hebben er geen plek meer.. Geliefde zussen nemen afscheid. Nooit meer samen ‘zus’ zijn onder een dak. Nooit meer alles delen, van lief en leed, tot aan de pindakaas. De uitgerekte kindertijd is over.
En wij? Wij zijn gewone ouders, redelijk oude gewone mensen met herinneringen en vreugde in ons hart. We moeten de kunst van het loslaten nu echt onder de knie gaan krijgen. Ze gaan hun eigen weg en zo is het bedoeld. Maar wij moeten het allemaal nog leren.
Wij zijn degenen die moeten gaan. Het achter ons laten, terwijl we t ook zo vreselijk koesteren. Het is de hoogste tijd.