Een negatief gezelschap

De regenboog kromt zich over de Zeelandbrug. Lichtstralen en regenwolken zetten de Westerschelde in een bizar zwart-wit palet. Hier was ik eerder. In 1965, vlak na de opening. Mijn vader zag graag als eerste bouwwerken als deze brug. Negen kilometer brug was nog nooit vertoond, in onze wereld althans.

De geliefde stuurt het busje over de nu smal aandoende brug. Wanneer zijn telefoon gaat, neem ik die aan. Met de GGD. Na enige formaliteiten over of ik de boodschap wel mag aannemen volgt het verhaal. Als ik u straks de uitslag van uw mans test vertel, moet u voorbereid zijn op wat te doen. Mijn hart zinkt in mijn schoenen. Uiteindelijk blijkt de uitslag negatief.

Aangekomen bij de gehuurde boerderij volgt de enorme hoeveelheid boodschappen de omgekeerde route. Van auto naar ijskast en keukenkastjes. Ook Kees de wees, die nu bijna kaal is, krijgt een plekje. Zijn ballen en piek er weer aan en op. Klaar is Kees.

Dan gaat opnieuw de telefoon van de geliefde. Ik hoor het nieuws vanuit de keuken. Een deel van het reisgezelschap staat langs de kant van de weg. Te wachten op de testuitslag van een sleutelcontact. In de inmiddels donkere Kerstnacht kijken zij Netflix series om de spirit erin te houden. “In de herberg was geen plek voor hen”, grapt de rest van het gezelschap bij het knetterde haardvuur.

Maar dan komt het verlossende telefoontje.

Ouders en kinderen kunnen het, nu het gezelschap compleet is, toch niet laten en sluiten elkaar in de armen.

Een negatief gezelschap, positief gestemd.