Na een uiterst gezellig en intiem Kerstdineetje volgt een uiterst koude nacht. We liggen allebei te kleumen, apart van elkaar in caravan en bus. Boven onze slapende hoofden de omspanning van een prachtig heldere sterrenhemel. Bij een opkomende zon zien we elkaar weer en hervatten ons gesprek met een lekker eitje.
Niet veel later lopen we stevig door op het wandelpad langs het kleine riviertje. Marie rent al snuffelend heen en weer, steeds checkend of we er nog zijn. Er is veel te ruiken en te zien. Eenden op het water en in de lucht. Passerende fietsers, altijd met een hond. Een visser langs de waterkant met interessante vangst in een emmer. De kilometers verdwijnen ongemerkt onder onze voeten. Het is killig, met een mistig zonnetje, maar we merken er niets van. Want na zo’n lange tijd afstand moet er veel besproken en vooral verdiept. Hoe staat het met de verschillende projecten van de Damesmeisjes? Wat moet er nu eindelijk eens worden afgerond? Wat brengt komend jaar aan kansen en mogelijkheden? Waar krijgen we het meeste energie van? Hoe gaat het met ons en onze vriendschap? En onze mannen? En het leven?
Alle twijfel over solidariteit in coronatijd is verdwenen. Dit is het, dit hebben de Damesmeisjes gemist, dit is broodnodig, met dit gevoel ligt er een uitdagende horizon in het verschiet. Alles stroomt. Het riviertje, het leven en wij.