k moest naar een vergadering in het oosten van het land. Maar ik was hardnekkig verkouden en kreeg last van hoestschaamte. Kuchend in trein en vergaderkamer, kan dat wel? De voorzitter was klip en klaar: je kan niet komen, laat je testen.
De testlocatie bevond zich in een oud gymlokaal in Leeuwarden. De opstelling achter de tafels was identiek aan die in een stemlokaal. Misschien was dat wel het probleem in de VS en hebben ze testlocatie en stemlokaal per ongeluk verwisseld, dacht ik zenuwachtig, op 1,5 meter afstand van twee andere testkandidaten. Voordat ik kon bedenken wat Trump van dit argument zou vinden, stond ik dankzij een uiterst koele efficiëntie alweer buiten. Dat hele dunne wattenstaafje in m’n neus: piece of cake. Maar die in mijn keel, dat was niet fijn. Ik moest alweer ontzettend hoesten.
Volgens Loesje is negatief het meest positieve woord van 2020. Daar hield ik me aan vast, maar de rest van de quarantainedag verliep met een knagend gevoel op de achtergrond. Het zal toch niet? Dat verdween in één klap door onverwachte camerabeelden van ongelooflijk mooie kunstwerken in het zand. Cirkels, mandala’s, geometrische vormen, simpel gemaakt met een metalen bladhark, alleen goed zichtbaar vanuit de lucht, langzaam weer verdwijnend door de vloed. ‘Alles is tijdelijk’, aldus de maker filosofisch, ‘het is een illusie dat we blijven, alles stopt een keer. Alleen de natuur, die blijft’. Mijn innerlijk tot rust, blijmoedig terug in het nu. En Loesje, die had gelijk.