Toekomstwens

De lieve vriendin uit het centrum is hier vanavond. Net na de persconferentie. We zuchten. Met pijn denken we aan de mensen van het leuke café, hun levenswerk. Ze hebben zich goed aan de regels gehouden. De mensen van de heerlijke restaurantjes hier in de buurt. Hun zorgen, die even verlicht leken en nu weer keihard aanwezig zijn. Gaan ze het redden?

Even later hoor ik dat de grens met Frankrijk dicht is. Oranje overal, waar het gisteren nog geel was. Het protesteert in mij. Ik wil naar het wad. Ik wil en ik moet. Het voelt als een noodzaak.

Het leven terug gebracht tot onze huiskamers. Een hele maand. Wat zou Anne Frank daarover zeggen?

Ze brengt cadeautjes mee, de lieve vriendin. Hoe kan ze weten dat dit belangrijke dingen zijn, op dit moment? Knoflook om te planten, in mijn tuintje op het dak. En de rode koffiepot voor in de caravan. We konden hem toen niet kopen, het andere Damesmeisje en ik. Gebrek aan contant geld. We hebben hem verstopt, in de kringloopwinkel om hem ooit te gaan kopen. Ze brengt hem nu gewoon mee. Koffie drinken in de caravan. Uit de grote rode diabolo. Bestaat er een mooiere toekomstwens?